Auke Visser´s ESSO Tankvaart Mij. Site     |   home
ETM-nieuwtjes uit de Essofoon
Essofoon - 2e jaargang 1956 Nrs 7 - 12
Essofoon - 2e jaargang 1956 (12 nummers).
No. 7 - Juli 1956

Van de tankvloot :
In dienst getreden:
s.s. „Esso den Haag"
A. J. J. Vlasblom
Vertrokken:
s.s. „Esso den Haag"
H. de Steur
A. W. van den Berg

Hulpverlening op zee.
Op 24 maart j.l. bevond ons s.s. „Esso Amsterdam" zich in de Golf van Biskaje op weg naar Sidon, teneinde aldaar een lading
Crude Oil in te nemen. Het weer was aanvankelijk goed en het had er alle schijn van, dat deze reis rustig zou verlopen.
Om ongeveer 6 uur 's avonds echter kreeg de 4e stuurman G. J. Alkema een zware maagbloeding en daar de Gezagvoerder,
kapitein C. Prins, het niet verantwoord achtte hem in deze toestand langer aan boord te houden werd er besloten terug te varen
naar Brest om hem daar in een ziekenhuis te laten opnemen.
Juist voordat de koers van het schip veranderd zou worden werd het bekend, dat het m.s. „Johan van Oldenbarnevelt" van de N.V.
Stoomvaart Maatschappij ,,Nederland" te Amsterdam, dat op de thuisreis was, zich in de nabijheid van ons s.s. „Esso Amster-
dam" bevond. De gezagvoerder van dit passagiersschip werd radiografisch opgeroepen en op de hoogte gebracht van de ernstige
toestand van de 4e stuurman. Aangezien er aan boord van dit schip een dokter aanwezig was, werd dringend verzocht de patiënt
over te nemen.
Het verzoek van de gezagvoerder werd ingewilligd en de koers werd gewijzigd naar de inmiddels in zicht gekomen „Johan van
Oldenbarnevelt".
De windkracht en de zee waren toegenomen tot ZZW kracht 5 tot 6. Om 8 uur 's avonds werd de motórsloep te water gelaten en
werd met de patiënt koers gezet naar het passagiersschip. Deze reis en het afgeven van de patiënt hadden een vlot verloop en al
spoedig was de 4e stuurman onder medische behandeling bij de scheepsarts.
Om 8.34 uur n.m. was de sloep wederom terug bij ons schip en nadat enige leden van de bemanning ontscheept waren, werd met
de overige vijf inzittenden, t.w. tijd. 2e stuurman J. W. van Leeuwen, tijd. 3e stuurman J. Kagchelland, 4e werktuigkundige Th. Wijker
en de matrozen K. J. van Os en P. van Gcemcrt, begonnen de sloep in de takels te krijgen om deze aan boord te halen.
Intussen was het donker geworden, de wind was nog meer aangewakkerd en het s.s. „Esso Amsterdam" slingerde zwaar. Er werd
getracht het schip met langzaam draaiende machine in een dusdanige positie te brengen, dat het slingeren zou verminderen.
Door de hoge zee werd de motorsloep viermaal uit de takels geslagen; voor de vijfde maal werden de takels aangebracht en nu ge-
lukte het: de sloep werd uit het water gelicht.

Plotseling echter sloeg een hoge zee de achterste takel van de sloep weg, waardoor deze nu verticaal in het water aan de voorste
takel kwam te hangen.
De vijf inzittenden, die allen zwemvesten droegen, geraakten te water; enkele reddingsboeien werden hen toegeworpen en al spoedig
gelukte het, zij het met veel moeite, hen aan boord te halen.
Dat deze redding slaagde was te danken aan het feit, dat alle benodigde reddingsmiddelen van te voren waren klaargelegd om in ge-
val van nood alles bij de hand te hebben en dat alle opvarenden van het s.s. „Esso Amsterdam" zich ten volle van hun taak kweten.
Aangezien het niet mogelijk was om bij zo'n zeegang en met de duisternis de motorsloep te redden en om verder geen mensenlev-
ens te wagen, gaf kapitein C. Prins bevel de voorste sloeptakel door te snijden en de motorsloep aan de golven prijs te geven.
Nadat de kuststations en de zich in de nabijheid bevindende schepen in kennis waren gesteld van het prijsgeven van de motorsloep
en de diverse reddingsboeien, werd de reis om 9.06 n.m. voortgezet. Stuurman Alkema had op de „Johan van Oldenbarnevelt" een
goede reis en werd in de ochtend van 26 maart te IJmuiden ontscheept en naar huis vervoerd, alwaar hem op doktersadvies enige tijd
volstrekte rust werd voorgeschreven.
Vanaf deze plaats hulde aan allen, die aan het overbrengen van de 4e stuurman en het redden van de vijf inzittenden van de motor-
sloep hebben medegewerkt.

No. 8 - Augustus 1956

Van de tankvloot :
Vertrokken:
s.s. „Esso Amsterdam"
Th. Wijker
s.s. „Esso Rotterdam"
P. J. E. Albers
Bevorderingen:
H. J. Buys, s.s. „Esso Amsterdam", van 4e stuurman tot 3e stuurman.
E. Dalkman, s.s. „Esso den Haag", van kapiteinsbediende tot chef hofmeester.
In de Essofoon van juni j.l. hebben wij aangekondigd, dat de heer L. C. L. Theunisse, van 1 e stuurman tot gezagvoerder van ons s.s.
„Esso Amsterdam" was bevorderd. Destijds hadden wij geen foto van hem om deze te laten afdrukken. Wij nemen alsnog in dit num-
mer zijn foto op.

No. 9 - September 1956

Van de Tankvloot.
In dienst getreden :
s.s. „Esso Amsterdam"
R. P. Sciarone
s.s. „Esso Amsterdam"
G. A. Tremus
s.s. „Esso den Haag"
A. J. Albinus
P. J. W. v. d. Stoel
Vertrokken:
s.s. „Esso den Haag"
J. Bijster
Bevorderingen:
Th. E. L. Goossens, s.s. „Esso Amsterdam", van 2e stuurman tot 1e stuurman
A. Hazenoot, s.s. „Esso Amsterdam", van chef kok tot chef hofmeester
SERVICE-BUTTONS:
10 dienstjaren:
09.10.1956 C. M. Schoemaker, s.s. „Esso Rotterdam"
30. 09.1956 H. Schuurhof, s.s. „Esso den Haag"
01.10.1956 J. A. Harms, s.s. „Esso den Haag"
01.10.195656 G. van Meurs, s.s. „Esso den Haag"

No. 10 - Oktober 1956

Zeevaart tentoonstelling.

Onder het motto „Een scheepje in de haven landt" wordt in het Gemeentelijk Museum voor het Onderwijs, Hemsterhuisstraat 2E
in den Haag een zeevaarttentoonstelling gehouden, welke zal duren tot september 1957. Voor deze tentoonstelling heeft onze
Maatschappij het model van het s.s. „Esso Nederland" in bruikleen afgestaan, dat voordien in de hall van het Esso Gebouw was
opgesteld.
Vele interessante dingen met betrekking tot de zeevaart kunt u er zien en voor belangstellenden delen wij mede dat deze tentoon-
stelling dagelijks geopend is van 10-16 uur en 's zondags van 13.30-16 uur.

Van de Tankvloot.
In dienst getreden:
s.s. „Esso Rotterdam" A. J. Schuurmans
s.s. „Esso Nederland" G. Wessel
s.s. „Esso Nederland"  W. G. v. d. Sel
s.s. „Esso den Haag"   Z. Latuny
s.s. „Esso den Haag"   P. Vis Bolderdijk
s.s. „Esso den Haag"   G. E. Felix
s.s. „Esso Amsterdam" A. F. van Sprew
s.s. „Esso Amsterdam" M. H. A. Huying
s.s. „Esso Amsterdam" J. C. Vlug
Vertrokken :
s.s. „Esso Amsterdam"
G. A. Tremus met studieverlof
A. P. M. Duyndam
s.s. „Esso Amsterdam"
H. C. Croese
s.s. „Esso Rotterdam"
M. Pronk s.s. „Esso den Haag"
K. J. Schot
s.s. „Esso Nederland"
C. Visser

Beloning voor stuurman J. W. Mossel.
Bij beschikking van de Minister van Verkeer en Waterstaat is enige tijd geleden o.a. aan de heer J. W. Mossel, 2e stuurman van
onze s.s. „Esso Rotterdam", een beloning in de vorm van een aneroïde barometer toegekend, als blijk van waardering voor zijn
aandeel in het verdienstelijk bijhouden van meteorologische- en stroomjournalen.
Op 18 september j.l. had de uitreiking van deze barometer plaats in de filiaalinrichting van het K.N.M.T. te Rotterdam tijdens welke
gelegenheid de heer A. A. Fresco, directeur van genoemde inrichting, in zijn speech er de nadruk op legde dat onze rederij met haar
4 schepen t.o.v. andere grote rederijen toch wel een bijzonder goed figuur heeft geslagen m.b.t. de inzending door onze officieren
van bovenbedoelde journalen. Een uitspraak waarop wc terecht trots mogen zijn.
De bijeenkomst werd besloten met een gezellig samenzijn en van deze plaats wensen wij de heer Mossel van harte geluk met zijn
onderscheiding.

IN MEMORIAM
Op 23 augustus j.l. overleed geheel
onverwachts aan boord van het s.s. „Esso Rotterdam", welk schip zich op dat moment in de Perzische Golf bevond, de heer
J. v. d. VOORDE
op de leeftijd van 50 jaar.
De heer v. d. Voorde trad op 4 mei 1951 als bediende van het s.s. „Esso Amsterdam" bij de N.V. Petroleum Industrie Maatschappij in dienst. Op dit schip was hij werkzaam tot 26 november 1951, waarna hij op 14 mei 1955 in dezelfde functie bij onze rederij terugkeerde, toen echter op het s.s. „Esso Rotterdam", terwijl hij sedert 12 april j.l. de functie van kapiteinsbediende bekleedde.
In hem hebben wij een plichtsgetrouw en ijverig employé verloren, die zich door zijn prettige omgang aan boord vele vrienden had verworven. Onze gedachten gaan uit naar zijn echtgenote en kinderen en wij wensen hen de kracht toe dit verlies te kunnen dragen.

Tijdens de teraardebestelling van wijlen de heer J. v.d. Voorde op de begraafplaats van de American Mission te Bahrain
(Perzische Golf). De dienst werd geleid door Rev.J. Dunham van genoemde Mission.

No. 11 - November 1956

Motortankschip „Esso Nederland 101".
Opnieuw werd onze Maatschappij verrijkt toen op 19 september j.l. het nieuwe motor-tankschip de „Esso Nederland 101" in
de vaart kwam om dienst te gaan doen in het Rotterdamse havengebied, speciaal voor gasolievervoer.
Het schip, dat uitgerust is met een 120 pk dieselmotor heeft een lengte van 25,05 m, een breedte van 4,68 m en diepte van
1,60 m, terwijl de motor een snelheid van ca. 16 km/per uur kan ontwikkelen.
Voorts kan deze nieuwe eenheid 94.000 ltr produkt vervoeren, terwijl 2 doorstroommeters werden aangebracht alsmede een
mobilofooninstallatie. De foto toont u het nieuwe schip met op de achtergrond de Tankinstallatie te Pernis.
Al met al een aanwinst om trots op te zijn.

Van de Tankvloot.
In dienst getreden:
Ass. werktuigkundige, J. Kleyn
Ass. werktuigkundige, A. B. E. Jansen
Ass. werktuigkundige, J. Alting Siberg
4e stuurman, P. A. Belderbos
Ass. werktuigkundige in tijdelijke dienst, R. P. Koster
4e stuurman, O. H. Horster
Vertrokken:
4e werktuigkundige, C. M. Biemans
5e werktuigkundige, A.. J. Albinus

Beleggingen Pensioenfondsen „Protector" en „Petrolea".
In de loop der jaren hebben zich meermalen belangrijke veranderingen voltrokken in de wijze, waarop de gelden onzer pen-
sioenfondsen werden belegd, wijzigingen die alle min of meer van principiële aard waren en het resultaat vormden van een
bepaalde evolutie in de inzichten op dit terrein.
Men kan dan ook moeilijk spreken van een starre bcleggingspolitiek die zich met de ontwikkeling der dingen niet bezig houdt.
Zo zou b.v. in 1910 bij de oprichting van ons Pensioenfonds ,,Protector" niemand er aan gedacht hebben om de ter beschikking
komende gelden anders te beleggen dan in Staatsfondsen, omdat deze vorm elk risico met betrekking tot de hoofdsom uitsloot.
Later brak steeds meer het inzicht baan, dat andere soorten beleggingen veelal uit rendements-oogpunt veel aantrekkelijker war-
en en zeker geen groter risico behoefden op te leveren, indien men maar met de nodige omzichtigheid te werk ging.
Successievelijk werden dan ook vrij belangrijke kapitalen gestoken in hypothecaire en andere leningen en later in onroerende goed-
eren, van welke besluiten wij zeker geen spijt behoeven te hebben, omdat in het algemeen de op deze wijze uitgezette kapitalen
ruimere inkomsten waarborgen dan staatsleningen, zonder dat de veiligheid in het gedrang komt.
Nog niet zo lang geleden deed zich een mogelijkheid voor om op zeer voordelige en volkomen veilige voorwaarden een nieuw terrein
te betreden, n.l. dat van de schceps-hypotheken. Onder verband van een 6-tal tanklichters, waarvan 3 in aanbouw, werd tegen een
rente van 5 % een lening verstrekt van ƒ 960.000 door ,,Protector" en van ƒ200.000 door ,,Petrolea", waarbij als extra zekerheid een
beslag op de vrachtpenningen mogelijk is. De foto toont U een der beide destijds nog in aanbouw zijnde lichters, waarvan op l sep-
tember j.l. de proef- en overname vaart heeft plaats gehad.
Uiteraard ligt het niet in de bedoeling van de Besturen onzer beide fondsen om verder op grond van het hogere rendement ons thans
intensief op dit terrein te gaan bewegen. De scheepvaart is nu eenmaal gevoeliger voor de conjunctuur dan andere takken van nijver-
heid en industrie, zodat het alleen gerechtvaardigd is geld hierin te steken, indien door bijzondere voorwaarden de veiligheid van de
investering volkomen verzekerd is.

No. 12 - December 1956

Van de Tankvloot.
Vertrokken:
Ass. Werktuigkundige, R. P. Sciarone, s.s. „Esso Amsterdam"
Bevorderingen:
J. v. d Zwan, s.s. „Esso Rotterdam", van 4e werktuigkundige tot 3e werktuigkundige.
M. H. G. P. v. Baak, Militaire dienst, van 5e werktuigkundige tot 4e werktuigkundige.
P. R. Heyn Papousek, s.s. „Esso Rotterdam", van 5e werktuigkundige tot 4e werktuigkundige.
G. A. v. d. Hoff, s.s. „Esso Amsterdam", van 5e werktuigkundige tot 4e werktuigkundige.
L. A. Wunderlich, terug uit mil. dienst, van 4e stuurman tot 3e stuurman.