Auke Visser´s ESSO Tankvaart Mij. Site | home
Essofoon - 1e jaargang 1955 Nrs Okt - Dec
Oktober 1955
Medailles van het K.N.M.I. te De Bilt voor Gezagvoerders ter Koopvaardij.
De Hoofddirecteur van het K.N.M.I. in de Bilt, Ir C. J. Warners, heeft onlangs weer enkele Koninklijke Onder-
scheidingen mogen uitreiken aan Gezagvoerders ter Koopvaardij, die zich in samenwerking met de onder hun
bevel staande officieren hebben onderscheiden door het inzenden van meteorologische-en stroomjournalen en
het geregeld verzenden van radiografische scheepsrapporten als bijdrage voor de weerkundige beveiliging van
scheep- en luchtvaart. Ongetwijfeld zullen vele onzer lezers zich in dit verband nog herinneren, dat in 1952 de
heer Schol, gezagvoerder van ons s.s. „Esso Rotterdam" de zilveren medaille werd toegekend.
Wij maken er thans met genoegen melding van, dat aan Gezagvoerder W. de Raat van ons s.s. „Esso den
Haag" in Juni j.l. eveneens dezelfde onderscheiding van het K.N.M.I. werd uitgereikt, waarmede wij de heer
de Raat onze hartelijke gelukwensen aanbieden. Hij is hiermede dus de tweede gezagvoerder van onze vloot,
die een dergelijke onderscheiding ontving.
Van de Tankvloot
In dienst getreden:
Varende op:
s.s. „Esso A'dam", P. den Ouden
s.s. „Esso R'dam", G. J. Alkema, L. P. J. v. d. Burg
s.s. „Esso den Haag", W. M. v. Haastrecht, P.J.E. Albers
Vertrokken:
Met studieverlof
H. van Dort
s.s. „Esso A'dam", J. H. Eichperger, J. F. de Bosset
s.s. „Esso R'dam", B. v. d. Velden, W. L. Magener
s.s. „Esso den Haag" P. J. Trompert
Bevordering:
s.s. „Esso den Haag", H. C. Serre tot 3e stuurman
November 1955
Schip te water
De Esso Nederland ligt nog op de helling.
De laatste voorbereidingen voor de tewaterlating worden getroffen.
Na vele voorbereidingen was dan eindelijk de dag aangebroken, waarnaar een ieder had uitgezien, 13 Augustus 1955. Grauw was
de lucht toen wij van huis gingen en grauw v/as de lucht toen wij om even half elf niet een ,,vrijgezellen" bus en een „bus voor echt-
paren" van HK wegreden. Met een goed gangetje ging het in de richting Rotterdam, maar of het nu van die grauwe lucht kwam of
omdat het de 130 was, is niet bekend, maar de bus reed de Maastunnel in. Al gauw werd de chauffeur verteld, dat hij verkeerd reed
en de andere Maasoever moest houden. De chauffeur haalde de landkaart erbij en een klein dispuut, in goede gemoede overigens,
ontstond omdat de chauffeur aan de linker Maasoever tegenover Krimpen dacht te moeten zijn. „Laat hem dan je uitnodiging zien"
riep er een, „daar staat de weg op aangegeven." Edoch, zij die op de voorste gelederen zaten bleken deze uitnodiging in hun zenuw-
achtigheid voor de grote reis te hebben vergeten. Enfin, de roeper van zoeven kwam met zijn uitnodiging aandragen en onder lood-
saanwijzing doorkruisten wij een gedeelte van Rotterdam's linkerzijde en kwamen via de nodige bruggen (wat een geluk, dat er
geen open stond) weer aan de Oostzeedijk uit en waren hiermede weer op het rechte pad terug gekeerd. Als schadevergoeding
brak spoedig de zon door en het werd nu werkelijk stralend weer. Al voortrijdend over de dijk langs de rivier zagen wij reeds vanuit
de verte het gevaarte liggen. Aangekomen tegenover de werf lieten wij ons uit de bussen zakken en stapten op de veerboten van
de werf, die aten aan voeren. De weg over de werf tot het schip was niet lang en eerst nu, als je er vlak bij stond, kreeg je een goede
indruk van de enorme afmetingen. Wat een hoogte! Wat een lengte! Nu wij het toch hierover hebben mogen wij U misschien wel
ineens mededelen, dat de „Esso Nederland" 628 ft (190 meter) lang, 82' 6" (25 meter) breed en 42' 6" (13 meter) hoog is. Zij, die
de reus op de helling hebben zien liggen kunnen zich deze afmetingen voorstellen, doch zij, die het niet zagen zullen het hierme-
de moeilijker hebben. Laat ik U daarom even op weg mogen helpen om U een beeld te vorrrten. Een scheepstank heeft de volgen-
de afmetingen: ± 12 x 25 x 13 meter, dus ± 12 meter lang, 25 meter breed en 13 meter hoog (van bodem tot dek). Zo'n tank is in
drieën verdeeld, maar daarmede zullen wij nu geen rekening houden en dus even de volle breedte van ca. 25 meter aanhouden.
Wanneer U deze maten eens goed bekijkt en U vergelijkt ze dan met een huis, dan kunnen wij als normale afmetingen aanhoud-
en 12 meter diep (2 kamers van 6 meter), breed 5 meter (4 meter kamer + 1 meter voor de gang) en 3 meter hoog. Om dus de
hoogte van het schip te bereiken kunnen wij een benedenhuis + drie verdiepingen, totaal 12 meter hebben. De diepte van het
huis is 12 meter wat gelijk staat met de lengte van de tank.
Deze laatste is 25 meter breed wat dus betekent, dat 5 van de bovenomschreven huizen naast elkaar in 1 tank zouden gaan.
En zo zijn er 10. De overige 70 meter worden dus nog in beslag genomen door het voorschip en het achterschip, waarin zich
de machines bevinden. Kunt U zich indenken, dat, als de „Esso Nederland" op de achtersteven voor het Essogebouw zou word-
en neergezet, het schip ruim 3 x zo hoog zou zijn als de toren van ons gebouw? En toch is het zo. Aan lading zal het schip ca.
33.700.000 kg kunnen vervoeren. Er kan dus een aardig slokje bier in. Prosit! Gaat U maar niet watertanden, want de „Esso
Nederland" gaat crudc oil vervoeren en dat smaakt beslist niet lekker.
Al lopend langs het schip zagen wij goed de remkabels zitten, die straks de vaart eruit moeten halen, wanneer de „Esso
Nederland" in zijn element komt. Zo komen wij op de tribune, waar allereerst wordt uitgezien naar een goed plaatsje. Om de
tijd te bekorten speelde een harmoniekorps enkele pittige marsen, die zeer verdienstelijk ten gehore werden gebracht.
Op de werf stond een enorme mensenmassa en het was duidelijk, hoe heel Krimpen met deze gebeurtenis, die op „hun" werf
ging plaatsvinden, intens medeleefde.
Intussen schoot de tijd flink op en het liep al aardig naar 12.20 uur, de tijd, waarop het grote moment zou zijn aangebroken. De
sleepboten lagen reeds op de rivier op wacht om zo spoedig mogelijk vast te maken. De laatste minuten duren het langst en in
die laatste minuten stijgt de spanning. Zal ze gaan? Onze film-operateur zien wij de ladder naar de voor hem gemaakte toren
opklimmen, om het grote evenement op de gevoelige plaat vast te leggen. Eindelijk is het dan zover. De klok wijst 12.20 uur en
nu horen wij Mevrouw Smit de doopformule „Ik doop U Esso Nederland en wens U behouden vaart op alle zeeën", uitspreken.
Honderden toeschouwers waren getuige van de tewaterlating.
Met de schaar, die zij in ontvangst had genomen, knipte Mevrouw J Smit het lint door, dat de champagnefles met de tribune
verbond en... ja, gelukkig, in een keer was de fles aan scherven. „Zou het nu zo erg zijn, als het in één keer niet gelukt was",
zult U zeggen, „dan zou de tweede keer wel raak zijn". De zeeman echter denkt hier anders over want pech bij de doop voor-
spelt naar zijn mening weinig goeds. Mevrouw Smit verwisselde nu de schaar voor een kleine vlijmscherpe bijl en hakte in twee
slagen het kabeltje door, waardoor de laatste klink, die de stapelloop verhindert, wegviel. Onmiddellijk begon het gevaarte te
glijden. Sirenes loeiden, mensen juichten. Sommigen voelden een brok in hun keel. Vol majesteit gleed de oceaanreus van de
helling, zijn element tegemoet. Niet alleen voor ons, maar ook, en wellicht meer nog, was dit een groots moment voor degenen
van de werf, die hun werkstuk daar zagen gaan. Ik kan me zo indenken, dat je als vakman vol trots kunt zeggen „dat schip heb
ik helpen bouwen". Ik kan me indenken, dat die mensen van zo'n schip, dat zij plaat na plaat in elkaar zetten, gaan houden,
evenals de rechtgeaarde zeeman van „zijn" schip, waar hij zijn woning heeft, gaat houden. Eenmaal in het water werd de Esso
Nederland prachtig afgeremd en al heel gauw waren de trossen op de sleepboten vastgemaakt, die het gevaarte naar de andere
zijde van de werf sleepten en daar aan de wal vastmaakten.
Het moment waarop Mevrouw M. C. Smit-Dotinga de belangrijkste handeling van de dag verrichtte:
het kappen van het koord.
Het was gebeurd en nu gingen alle gasten op weg naar de cantine, waar enkele verversingen zouden worden aangeboden.
Toen, naar men kon aannemen, een ieder aanwezig was, beklom de heer v. d. Giessen het podium, die, der traditie getrouw,
Mevrouw Smit een doopgeschenk aanbood en haar dank bracht voor de door haar verrichte doop- en tewaterlatingshande-
lingen. De heer v.d. Giessen memoreerde hierbij nog, dat het voor zijn werf een dubbel belangrijke dag was, want niet alleen
was een schip met goed gevolg te water gelaten, maar dit schip was tevens het grootste, dat ooit boven de Maasbruggen
werd gebouwd. Het was ook het eerste grote schip, dat op de nieuwe helling werd vervaardigd.
Hierna werd het woord gevoerd door onze President Directeur, de heer Smit. Hij wenste de heer van der Giessen geluk met
de vlotte stapelloop en dankte hem voor de prettige samenwerking, die steeds werd ondervonden. De heer Smit memoreer-
de nog even de overwegingen die ertoe geleid hebben de bouw van de Esso Nederland aan te besteden. Verder bood de heer
Smit namens zijn echtgenote een blijvende herinnering aan in. de vorm van een bandrecorder, waarop b.v. mooie radiouit-
zendingen kunnen worden opgenomen en naar believen worden weergegeven en beluisterd, speciaal voor hen, die tijdens
de uitzending op wacht waren en daardoor het mooie programma moesten missen. Ook zei de heer Smit nog, dat zijn vrouw
het een voorrecht had gevonden de baby van 7.000.000 kg ten doop te houden (en dan spreken wij nog steeds van het zwak-
ke geslacht) en te water te laten.
Geruime tijd bleven wij nog bijeen waarna wij ons weer naar de veerboot begaven en onszelf de bus weer inhesen. Zo lang
mogelijk en vol trots hebben wij gekeken naar „onze Esso Nederland", die daar rustig aan de kade lag te wachten tot Maan-
dag weer opnieuw aan haar verder gewerkt zou worden. Ook voor de heren Ulrich en Mc. Gorckel (vertegenwoordiger van
Esso Shipping Co), onder wier eminente leiding dit schip werd gebouwd, moet deze stapelloop een spannend moment zijn
geweest, waarop zij vol trots kunnen terugzien. Ook hier geldt het, dat gedegen vakmanschap een goede kwaliteit waarborgt
en van deze plaats wensen wij hen veel succes bij de verdere afbouw van de Esso Nederland. Veel werk moet nog worden
verzet, totdat, als alles goed ver"-loopt, in Januari a.s. de proefvaart zal worden gehouden.
Hoewel de heer Smit reeds onze tolk is geweest, willen wij toch niet nalaten ook onzerzijds de firma v. d. Giessen hartelijk
dank te zeggen voor haar uitnodigingen en waarlijk grootse ontvangst. Hulde voor zo'n organisatie,
Moge ik dan dit artikel besluiten met ook onze Directie en in haar allen, die aan de organisatie van deze dag hebben mede-
gewerkt, namens het personeel ook onze hartelijke dank te betuigen voor deze dag. Een dag, die wij nimmer zullen vergeten
en waaraan wij steeds met groot genoegen zullen terugdenken.
„Esso Nederland" wij wensen U onder de bekwame leiding van Uw gezagvoerder, Kapitein H. Schol, een behouden en zeer
voorspoedige vaart.
Uitbreiding Binnenvloot
"Esso Nederland 61".
De toenemende vraag naar petroleum-producten heeft in de laatste jaren o.a. hoge eisen gesteld aan de transportmid-
delen. Direct na de afloop van Wereldoorlog II waren grote investeringen nodig in alle sectoren van ons bedrijf, waarbij
uiteraard aan de meest urgente zaken voorrang moest worden verleend.
Het behoeft geen betoog, dat het in die jaren niet mogelijk was aanstonds met de vernieuwing en modernisering van
onze riviertankers een begin te maken. Alle reserves moesten worden benut, resp. moest worden getracht met het be-
staande materiaal door wijziging in exploitatie, verlenging en motorise-ring aan de toenemende vraag naar tonnage het
hoofd te bieden.
Nadat in 1950 het eerste nieuwe schip de „Esso Nederland 58" aan de vloot werd toegevoegd, volgde begin 1954 het
snel varende motortankschip Esso Nederland 60 met een vervoerscapaciteit van 1050 m3, als eerste van een bouw-
programma voor de komende 3 jaren. Dit schip voorzien van moderne navigatiemiddelen gaf onder de bekwame leiding
van kapitein K. Visser uitstekende prestaties te zien. Het was voor onze Maatschappij wederom, een feestelijk moment
toen op 1 October j.l. voor de ingang van de1e Petroleumhaven te Pernis de mooie Esso Nederland rederijvlag in top
ging van het m.s. „Esso Nederland 61" en opnieuw een moderne riviertanker aan onze vloot werd toegevoegd. Het schip
werd binnen de gestelde termijn door de werf opgeleverd, zeer tot tevredenheid van de opdrachtgeefster.
Over de bouw en inrichting kan het volgende worden vermeld. Op 18 Februari 1955 werd bij de Werf Schram te Papen-
drecht de kiel gelegd, op 21 Juli 1955 had de stapelloop plaats. In verband met de afmetingen van de bepaalde sluizen
werd de lengte beperkt tot 67 m, de breedte tot 8,20 m. Dat niettemin een schip werd verkregen, dat 950 m3 benzine
kan vervoeren strekt de ontwerper tot eer. Het voldoet aan de hoogste eisen voor het vervoer van petroleumproducten
en verkreeg daarvoor van de Scheepvaart Inspectie een z.g. Certificaat K I.
De overdracht
Aan vaarsnelheid, los- en laadfaciliteiten werd alle aandacht besteed, zodat verwacht mag worden dat aan alle eisen
van efficiency is voldaan. Evenals op het m.s. „Esso Nederland 60" werd veel zorg besteed aan het inrichten van ruime,
lichte woon- en slaap verblijven voor de matrozen op het voorschip, terwijl op het achterschip een fraaie woning met
centrale verwarming werd gebouwd voor de kapitein met zijn gezin. De wijze waarop een en ander is afgewerkt zou
menigeen aan de wal tot jaloersheid kunnen verleiden. Het behoeft geen betoog dat ook de bemanning over liet schip
enthousiast is. Wij wensen haar vanaf deze plaats een behouden vaart en spreken hierbij gaarne de verwachting uit
dat het verschijnen van een nieuwe Esso tanker op de Nederlandse binnenwateren vele varensgasten er van zal over-
tuigen dat de Binnenvaart toekomst heeft en in het bijzonder Esso Nederland nu en in de toekomst aan goede kracht-
en een mooie werkkring zal aanbieden.
Van de Tankvloot
In dienst getreden:
Varende op:
s.s. „Esso R'dam", Th. Heeres, J. Rotermundt
s.s. „Esso Amsterdam", A. I. Thenu
s.s. „Esso den Haag", D. R. Rügebrecht
Vertrokken:
s.s. „Esso den Haag", L. Krako, H. G. Hofstede, W. M. van Haastrecht
s.s. „Esso Amsterdam", A. Graap
Bevorderingen:
s.s. „Esso Amsterdam"
S. L. Stil tot 3e stuurman
J. v.d. Zwan tot 4e wtk.
J. Wiedemeijer tot 4e wtk.
s.s. „Esso Rotterdam"
F. J. Louter tot 2e wtk.
Met studieverlof.
H. C. van Schooten tot 3e wtk.
December 1955
ORDER VOOR NIEUWE TANKER
Met veel genoegen maken wij melding van het feit, dat onze Maatschappij opnieuw een order bij C. van der Giessen en
Zonen's Scheepswerven N.V. te Krimpen aan de IJssel voor een nieuwe tanker heeft geplaatst.
Het betreft hier de bouw van een supertanker met een draagvermogen van 35.500 ton. De verwachting is, dat het schip
in 1959 gereed zal komen.
Dit nieuwe schip zal het grootste zijn onder Nederlandse vlag met een tonnage van 8.500 ton meer dan het in Augustus
j.l. van stapel gelopen s.s. „Esso Nederland".
Van de Tankvloot
In verband met het in de vaart brengen van onze nieuwe tanker het s. s.,,Esso Nederland", is besloten om dit schip te
plaatsen onder het commando van gezagvoerder H. Schol.
Als hoofdwerktuigkundige zal op deze tanker geplaatst worden de heer D. J. Rottier en de heer F. C. Bahlmann al
2e werktuigkundige.
Kapitein Schol zal als gezagvoerder, op het s.s. „Esso Rotterdam" worden opgevolgd door de heer C. M. Schoemaker.
Verder werden bevorderd:
De 2e stuurman H. Jansen tot 1e stuurman en zal als zodanig geplaatst worden op het s.s. „Esso Nederland".
De 3e stuurlieden H. C. Serre en R. Struijs tot 2e stuurman.
De 4e stuurlieden C. Veldkamp en J. W. van Leeuwen tot 3e stuurman.
De 3e werktuigkundige S. Tuit tot 2e werktuigkundige.
De 4e werktuigkundigen J. N. Pronk en P. Mardjan tot 3e werktuigkundige.
De 5e werktuigkundigen M. Verhey, C. M. Biemans en Th. Wijker tot 4e werktuigkundige.
Wij feliciteren deze officieren met de benoemingen en bevorderingen.
In dienst getreden:
s.s. „Esso Rotterdam", J. P. J. Deprijck
s.s. „Esso Amsterdam", J. Bijster
s.s. „Esso den Haag", H. C. Croese
Vertrokken:
s.s. „Esso Rotterdam", H. Dekens
s.s. „Esso Amsterdam", P. den Ouden