Bron : NRC 18 Januari 1895
Rotterdam, 18 Januari.
Het te Yarrow on Tyne nieuw gebouwde tankstoomschip ROTTERDAM, voor rekening van de American Pe-troleum Co te Rotterdam, is de 12 e januari te water gelaten. Het is 360 voet lang, 46.6 voet breed en heeft een laadvermogen van 4900 ton petroleum.
Bron : NRC 08 Maart 1895
Rotterdam, 7 maart.
Het Nederlandse stoomschip ROTTERDAM, bij Blyth gestrand, zal vermoedelijk met hoog water vlot komen.
Bron : NRC 09 Maart 1895
Londen, 8 maart.
Het nieuwgebouwde Nederlandse tankstoomschip ROTTERDAM, bestemd naar New York, keerde, na vlot te zijn gekomen, naar de Tyne terug. Het is met schade vlot gekomen. De bodem is beschadigd en het is te Shields gedokt om te repareren.
Bron : NRC 10 Maart 1895
South Shields, 8 maart.
Het nieuwe tankstoomschip ROTTERDAM, dat bij Whitley aan de grond geraakte, was bezig een proeftocht te doen. Het werd om 10 uur gisterenavond door vier sleepboten gesleept en aan de Tyne gebracht. Dewijl het schade aan de bodem heeft geleden, wordt het in Palmer’s dok gerepareerd.
Bron : NRC 13 Augustus 1897
Londen, 11 augustus.
Volgens telegram uit St. John’s verlangt het stoomschip BARCELONA, dat het stoomschip ROTTERDAM van het strand afsleepte, bergloon. Het stoomschip AMERICAN is op weg naar St. John’s om de lading olie van het stoomschip ROTTERDAM over te nemen. Door een duiker, die de bodem onderzocht, werden enige
lekken gestopt, waardoor de toestand van het schip veiliger is geworden.
Bron : NRC 17 Augustus 1897
St. John’s (N.F.) (geen datum). Door de reders van het stoomschip BARCELONA werd een eis tot bergloon ingesteld voor de verleende assistentie en het binnenbrengen te St. John’s van het stoomschip ROTTER-DAM ten bedrage van USD 60.000. Tweederde van de uit 6000 ton gescheepte lading is verloren geraakt; 2000 ton is verscheept per stoomschip AMERICAN.
Bron : NRC 9 September 1897
Londen, 6 september.
Volgens telegram uit St. John’s van 4 dezer is het Nederlandse stoomschip ROTTERDAM van de American Petroleum Company in het dok onderzocht en heeft men bevonden, dat de schade, door de stranding ver-oorzaakt, zeer belangrijk is. De steven en de voorpiek zijn geheel weg, evenzo het onderste deel van het schroefraam. 138 Platen zijn gebroken en 41 moeten er uit genomen worden om te worden glad gemaakt. 176 Oplangers en 12 wrangen, benevens 195 spanten moeten er uit genomen worden, waarvan een vierde zal moeten worden vernieuwd. Buitendien zullen ongeveer 40 platen uitgenomen moeten worden om de be-schadigde wrangen te kunnen verwijderen. Bovendien is er nog meer schade, doch alles bepaalt zich tot de bodem. Tijdelijke reparatiën, ook dokgelden er in begrepen, worden op GBP 2700 begroot.
Bron : Rotterdamsch Nieuwsblad, 1/03/1898
Scheepstijdingen.
PARIJS, 27 Febr.
Volgens de laatste berichten ligt het stoomschip La Champagne (zie vorig No.) op de banken van Terre-
Neuve geankerd met gebroken schroefas.
De passagiers en bemanning zijn gezond en wel.
De New-York Herald bevat het volgend bericht, gedateerd New-York 20 Febr.:
Kapt. Bonjer, van het Nederlandsch stoomschip Rotterdam, dat 17 Febr. van Rotterdam vertrok en hier he-denavond arriveerde, verhaalt dat hij 24 Febr., op 43° 10' Nbr. en 57° WL een sloep met een officier en ne-gen man van het Fransche stoomschip La Champagne heeft opgenomen. Eenigen hunner hadden bevroren
handen en voeten én allen hadden veel geleden. Zij verklaarden hun schip, dat de schroefas had gebroken
en op de banken van Terre-Neuve, op 45° 27' Nbr. en 51° 52' WL. het anker had geworpen, Vrijdag 18 Febr.
verlaten te hebben om hulp te zoeken.
Het schip maakte geen waler en aan boord was alles wel.
De Rotterdam heeft Hoboken aangedaan, waar de officier en andere Fransche manschappen van een dok-ter de noodige hulp ontvingen.
De officier, onder wiens bevel de boot stond, is luitenant Georges Unsworth, eerste stuurman van de La Champagne. Hij meldt dat het onheil gebeurde op den vijfden dag der reis, terwijl het schip met een snel-heid van 17 knoopen voer en bij goeden wind W. Z. W. koerstte.
Hij was op het dek toen plotseling een hevige schok werd gevoeld die het schip vaft voor tot achter deed
schudden.
De passagiers waren hevig ontsteld.
De machines stopten en de boot wierp het anker.
Een geheelen dag poogde men de gebrokken as te repareeren, maar zonder succes. Toen werd scheeps-raad gehouden.
Er hing een dikke mist; onophoudelijk was de misthoorn in werking en zonder ophouden werden noodschot-en gelost.
Kapitein Poirot besloot een sloep uit te zenden om hulp en vroeg vrijwilligers. De geheele equipage bood
zich aan. Luitenant Unsworth werd gekozen en hij scheepte zich in met negen man, voorzien van proviand
voor negen dagen.
Toen de boot den 18en Febr. het schip verliet, werden de moedige zeelieden door de passagiers luidruchtig
toegejuicht.
In de boot werd een zeil geheschen en men koerstte Zuidwaarts. Zes dagen en nachten voeren de mensch-en rond zonder een enkel schip te ontmoeten; toen werden zij gered door het stoomschip Rotterdam.
Volgens verklaring van luitenant Unsworth ligt de Champagne geankerd op ongeveer 150 mijlen van Terre-
Neuve.
Volgens later telegram uit Newyork was het stoomschip La Champagne 26 Febr. in 't gezicht. Het vorderde
slechts langzaam.
Bron : Vlissingse Courant, 09/08/1899
Het Engelsche gouvernement heeft aan den kapitein Voege, voerende het stoomschip "Rotterdam", van de
American Petroleum Company, een gouden horloge uitgereikt en aan den 1e-officier Friedrich Heins de zil-veren medaille en een zilveren binocle, wegens het met levensgevaar redden van de bemanning van het En-gelsche stoomschip "Rosmore" bij den orkaan van 6 tol 8 Februari 1899 in den Noord-Atlantischen Oceaan.
De kapitein had reeds van de Zuid-Hollandsche Maatschappij tot redding van drenkelingen de kleine goud-en medaille en de 1e-officier de zilveren medaille ontvangen en van de Lloyds eveneens resp. de kleine gouden en de groote zilveren medaille met diploma. Deze mannen zijn redders van 42 menschenlevens.
Bron : Scheepvaart van 11 april 1899.
Redding op Zee.
Door den-Board of Trade is toegekend:
Aan August Voege, gezagvoerder van het tenkstoomschip „Rotterdam”, een gouden horloge; aan F. Heine,
opperstuurman, een naohtkijker en zilveren medaille, en aan J. Strebelow, W. Röske, C. Linton, G. Loos, G. van Wouw en A. Schep, matrozen van genoemd stoomschip, ieder een zilveren medaille en 3 engelsche pond, als erkenning voor de redding van een deel der bemanning van het s.s. „Rossmore”, dat 8 Febr. in
den Atlantisohen Oceaan Werd verlaten.
Bron : New York Times, Feb. 18th, 1899.
Forty-three shipwrecked men were brought in from the sea yesterday, the first victims of the recent storm to reach this port. They were taken off the Johnson Line steamer „Rossmore”, bound from Liverpool for Baltimore, by the oil tank steamer 'Rotterdam' in midocean. The rescuing vessel was bound for this port from Rotterdam, when, at 4:30 o'clock on the morning of Feb. 6, she made out a vessel showing signals of distress.
Bron : New York Times, Feb. 18th, 1899.
New York, 17 February 1899: ROSSMORE (1899) abandoned in sinking condition. All on board saved and landed here. New York, 17 February 1899: Dutch steamer Rotterdam, which arrived here to-day, landed 42 of the crew of the British steamer ROSSMORE, from Liverpool for Baltimore, which was abandoned in mid-Atlantic leaking and in a sinking condition, after being buffeted by terrific gales and seas. The ROSMORE's steering gear broke on January 31; was repaired and again broke, this time so badly that the damage was irreparable. it was then February 4 when the gale had assumed the proportions of a hurricane, and the vessel was so pounded by the seas that the captain decided to abandon her at the first opportunity. The Trojan, from Newport News for Glasgow, hove in sight on the 6th inst, and took off the first and third officers and seven oif the crew. The Trojan was unable to rescue more than these, owing to the terrific weather. Later on same day the Rotterdam was sighted. She took off 23 men in spite of the furious gale, but was unable to rescue the remaining 19 until the 8th. In order to do this she stood by the ROSSMORE for two days. St Michael's, 17 February 1899, 12.50 pom: ROSSMORE, of Liverpool, was passed by Austrian steamer Hermine February 12, lat 38N, long 40W, abandoned. Hermine put in for coal, states ROSSMORE was listed to port, funnel and boats gone and decks swept. St Michael's, 17 February 1899, 6.30 pm: Hermine reports passing ROSSMORE on Februray 12, lat 38.5N, long 40.50W, abandoned, having list port side, funnel, boats, bridge washed away; cargo apparently American produce; drifting NW, dangerous navigation.
New York, 17 February 1899: Dutch steamer Rotterdam, which arrived here to-day, landed 42 of the crew of the British steamer ROSSMORE, from Liverpool for Baltimore, which was abandoned in mid-Atlantic leaking and in a sinking condition, after being buffeted by terrific gales and seas. The ROSMORE's steering gear broke on January 31; was repaired and again broke, this time so badly that the damage was irreparable. it was then February 4 when the gale had assumed the proportions of a hurricane, and the vessel was so pounded by the seas that the captain decided to abandon her at the first opportunity. The Trojan, from Newport News for Glasgow, hove in sight on the 6th inst, and took off the first and third officers and seven oif the crew. The Trojan was unable to rescue more than these, owing to the terrific weather. Later on same day the Rotterdam was sighted. She took off 23 men in spite of the furious gale, but was unable to rescue the remaining 19 until the 8th. In order to do this she stood by the ROSSMORE for two days. St Michael's, 17 February 1899, 12.50 pom: ROSSMORE, of Liverpool, was passed by Austrian steamer Hermine February 12, lat 38N, long 40W, abandoned. Hermine put in for coal, states ROSSMORE was listed to port, funnel and boats gone and decks swept. St Michael's, 17 February 1899, 6.30 pm: Hermine reports passing ROSSMORE on Februray 12, lat 38.5N, long 40.50W, abandoned, having list port side, funnel, boats, bridge washed away; cargo apparently American produce; drifting NW, dangerous navigation. The chartered Donaldson liner TROJAN, which arrived off Greenock at six o' clock last night from Newport News with general cargo for Glasgow, had on board nine of the crew (first and third officers and seven men) of the Johnstone liner ROSSMORE which, while on passage from Liverpool to Baltimore, was abandoned in mid Atlantic in a sinking condition. The ROSSMORE left Liverpool on the 25th January, and her non-arrival after the usual time caused considerable uneasiness.From accounts to hand it is learned that when less than a week out the ROSSMORE encountered a series of terrific gales, and on 31st January her steering gear broke. The damage was repaiared but two days later the steering gear again broke, and this tiome so badly that the damage was irreparable. The gale had now assumed the proportions of a hurricane, and the steamer was so pounded by heavy seas that the captain decided to abandon her at the first opportunity. On 4th inst the ship had a list of 32 deg. the pumps were set agoing and kept at work all the time. On this day William Quail, Able Seaman, was found lying on the floor of No 2 lower hold, unconscious, having fallen down the hatchway. On the 5th at 2 am, Quail died, having remained unconscious throughout, and was buried the same day. The ship at this time was straining much, and making a great deal of water. The TROJAN (Captain Thorkildsen), which left Newport News on 30th January, hove in sight on the afternoon of 6th inst. She too had encountered fearful weather, and all her cattle fittings had been carried overboard. Observing signals of distress flying from the ROSSMORE, the captain of the TROJAN ordered a boat to be launched. Despite the maountainous seas, the boat succeeded in taking off nine of the ROSSMORE's crew and placing them on board the TROJAN. In face of great difficulty and danger the gallant life-saving work was accomplished under forty minutes. Earlier on the same day the oil tank steamer ROTTERDAM, bound to New Yprk was sighted, and bore down to render assistance. As a majoity of the men expressed a desire to be taken on to New York in place of proceeding in the TROJAN to the Clyde, the captain of the ROTTERDAM said he would stand by and take off the remainder. The TROJAN then resumed her voyage. The same night, in spite of the furious gale, the ROTTERDAM took off twenty-three men, but was unable to rescue the other nineteen until the 8th. In order to do this he stood by the ROSSMORE for two days. The forty-two men were landed at New York on Friday. Thus all hands were accounted for. The shipwrecked men on the TROJAN were greatly pleased to learn last night from the Greenock Customhouse officers, who boarded the vessel, that the remainder o f the crew of the ROSSMORE had been safely landed at New York. She is a vessel of over 4,000 tons, and was built on the Mersey ten years ago. In addition to her crew there wwere a number of cattlemen on board returning to the States. A telegram received in Liverpool from St Michaels states that the ROSSMORE was passed by the Austrian steamer HERMIONE (which put into St Michaels short of coal) in lat 38N, long 40W, a derelict and dangerous to navigation. [Greenock Telegraph 20.2.1899] Liverpool, 3 March 1899, 5.52 pm: The Liverpool Steam Tug Company have received a cable from St Michael's stating ROSSMORE reported abandoned March 1, lat 35.33, long 32 17, and have despatched their powerful tug Blazer from St Maichael's to search for her. St Michael's, 3 March 1899, 7.10 pm: Batavia, March 1, passed ROSSMORE in lat 35, long 36. Tugs Jupiter, Blazer, proceeding in search.
Bron : Rotterdamsch Nieuwsblad, 21/12/1901
Scheepstijdingen. ROTTERDAM, 20 December,
Het Nederl. tankstoomschip Rotterdam, van Newyork naar Rotterdam, is gisteren Prawlepoint gepasseerd en signaleerde veel dekschade te hebben.
Bron : De Telegraaf, 23/04/1902
Scheeps- en Strandberichten
Rotterdam, 22 April, Het Tankstoomschip Rotterdam, hier gisteren aangekomen van New-York, rapporteert 13 April op 43° N.B. en 49° W.L. een ijsberg te zijn gepasseerd.
Bron : Vlissingse Courant, 01/08/1905
Gemengd nieuws,
Den 9 den Augustus wordt te Vlissingen verwacht het Nederlandsche stoomschip "Rotterdam", komende van New York, met eene lading petroleum.
Bron : Vlissingse Courant, 02/08/1905
Vlissingen 1 Augutus,
Het Nederlandsche stoomschip "Rotterdam" kan tegen den 9 dezer alhier verwacht worden met eene lading petroleum komende van New York.
Bron : Vlissingse Courant, 10/08/1905
Vlissingen 9 Augutus,
Heden is alhier van New York aangekomen het Nederlandsche stoomschip "Rotterdam", met een lading pe-troleum voor de "Mannheimer Company".
Bron : Vlissingse Courant, 20/10/1910
Vlissingen 19 October,
Het Nederlandsche stoomschip "Rotterdam", vertrok den13 dezer van New York met eene lading petroleum en kan op den 25 en dezer alhier worden verwacht.
Bron : Vlissingse Courant, 27/10/1910
Vlissingen 26 October,
Heden is hier binnengekomen het Nederlandsche stoomschip "Rotterdam", met een lading petroleum, ko-mende van New York .
Bron : Het nieuws van den dag : kleine courant, 06/03/1910
Laatste berichten
Staking van kolenwerkers
De kolenwerkers in dienst aan de brekerij van de "Scheepvaart- en Steenkolenhandel-Maatschappij" heb-ben heden het werk gestaakt wegens een loonquaestie, de werklieden kregen tot dusverre per ploeg van 6 man ƒ 0.30 per ton. De Maatschappij plaatste nieuwe kolenwerkers in de ploegen voor, ƒ 0.20 per ton voor een ploeg van 6 arbeiders. Hiermede werd door de anderen geen genoegen genomen, waarom geweigerd werd verder de kolen te verwerken. Het gevolg van deze staking was, dat de tankboot Rotterdam van de American Petroleum Co. hier geen kolenlading kon innemen. De boot vertrok toen naar IJmuiden om daar 900 toni in te nemen.
Door de scheeps- en bootwerkersvereeniging „Recht en Plicht" alhier, werden de kolenwerkers te IJmuiden van het conflict in kennis gesteld.
Bron : Rotterdamsch Nieuwsblad, 14/05/1912
Gevaarlijke ijsbergen.
Het Rotterdamsche tankstoomschip "Rotterdam", van de American Petroleum Company, passeerde 23 April, op de reis van Rotterdam naar Philadelphia tusschen 42 gr. 15 min. N.Br. 45 gr. 49 min. W.L. en 41 gr. 46 min. IS.Br. 46 gr. 41 min. W.L. niet minder dan 11 ijsbergen en later tusschen 41 gr. 46 min. N.B. 41 gr. 47 min. W.L. en 18 gr. 41 min. N.Br. 48 gr. 49 min. W.L. nog 2 ijsbergen.
Alle waren drijvende langs de route der groote stoomvaartlijnen, dus zeer gevaarlijk voor de scheepvaart.
De "Rotterdam" arriveerde 38 April te Philadelphia en vertrok 1 Mei, weer van daar naar Rotterdam.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 17-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. Londen. 16 Febr. Het Nederl. tank st. Rotterdam. v. Amsterdam n. New York. heeft 14 dezer 75 mijl Z.W. v. Queenstown het roer verloren.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 18-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. .Rotterdam, 17 Febr. Het tankstoomschlp Rotterdam (zie Ochtendblad B 17 Febr.) koerst op eigen stoom naar Queenstown, doch de sleepboot Izaak Walton tracht het st. te sturen.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 20-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. Londen. 13 Febr. Ult Queenstown wordt gemeld, dat de stoomtrawler Izaak Walton het st. Rotterdam had verlaten en aldaar was aangekomen om eenige voorzieningen te ondergaan. De gezagvoer-der deelde mede dat de trawlers niet in staat waren de Rotterdam te bergen. Telkens geraakte de Rotter-dam op drift. Het st. Rolterdam bevindt zich op 50 mijl Z. v. Queenstown en drijft ongeveer 1 mijl per uur in oostelijke richting weg.
Een krachtige sleepboot werd verlangd.
De Strormcock is nu van Queenstown vertrokken om het st. Rotterdam, dat nu ook machineschade heeft, op te sporen en te assisteren.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 21-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. Rotterdam, 21 Fedr. Met zekerheid
vernemen wij, dat het door de Engelse gouvernementssleepboot Slormcock te Queenstown binnengesleep-te beschadigde Nederlandsche tankstoomschip Rotterdam naar hier komt, en wel om te repareeren aan Wtllon's Machinefabriek te Scheepswerf alhier.
Welke sleepboot de Rotterdam naar hier zal sleepen, assisteeren of begeleiden, kon men ons nu nog niet
mededeelen.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 21-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. Queenttown, 20 Febr. Het beschadigde st. Rotterdam (zie Avondblad D 20 Febr.) werd door de gouvernementssleepboot Stormcock en gaassisteerd door drie stoomtrawlers alhier binnengedracht.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 23-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. Queenstown, 20 Febr. Het tankstoomschip Ottawa ontmoette de Rotterdam 18 Febr. op on-geveer 60 mijl Z.O. van deze plaats, nam het op sleeptouw en sleepte gedurende 3 dagen. De trossen knap-ten. Trawlers verleenden assistentie en later nam de gouvernementssleepboot Stormcock de Rollerdam (zle Ochtendblad A 22 Febr.) op sleeplouw ; de Ottawa stuurde. De trossen der Ottawa knapten giteren om 3 uur
weder, maar het st. bleef de Rotterdam begeleiden totdat ze te Queenstown binnen was.
Het ankerspil der Ottawa geraakte defect.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 25-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. Rotterdam, 24 Febr. De Nlederl. zeesleepbooten Thames en Donau vertrokken hedenmid-dag met het beschadigde tankstoomschip Rotterdam op sleeptouw v. Queenstown n. Rotterdam.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 28-02-1914
Gemengd.
ROTTERDAM. Rotterdam. 27 Febr. Het beschadigde tankst. Rotterdam gesleept door de sleepbooten Donau en Thames, v. Queenstown n. Rotterdam, passeerde hedenochtend 11 u. Dungeness.
Bron : Goessche Courant, 31/05/1917
Petroleumbooten aangekomen
Gisterenmorgen zijn twee petroleum booten uit New-York aangekomen, nl. het s.s."New-York", te Rotterdam en het s.s. "Rotterdam" te Amsterdam, beide van de American Petroleum Company. De gezamenlijke in-houd is bijna 13000 ton.
Men verzekerde evenwel, dat deze aanvoer hoegenaamd niet van invloed zal zijn op de thans geldende re-geling der petroleumdistributie.
Bron : Algemeen Handelsblad, 29/11/1918
Onze petroleumbooten.
Na vijftien maanden in de haven van Amsterdam te hebben opgelegen is het tankstoomschip Rotterdam van de American Petroleum Cy. Woensdagnacht, 28 November, van IJmuiden door het Engelsche Kanaal naar New-York vertrokken om aldaar olie te laden.
Bron : Leidsche Dagblad, 9/01/1919
Aanvoer uit Amerika
De tankboot "Rotterdam" (4114), van de American Peroleum Company, kan heden van New-York te Falmouth en einde dezer week te Rotterdam arriveeren.
Bron : Zierikzeesche Nieuwsbode, 21/03/1919
Aanvoer van petroleum
Het tankstoomschip "Rotterdam" van de American Petroleum Cy. arriveerde van Baton Rouge (N.-Amerika) te Amsterdam met een volle lading, circa 5000 ton, petroleum.
Bron : Nieuwe Rotterdamsche Courant, 15-01-1921
Gemengd.
ROTTERDAM. Maassluis, 15 Januari. Het van Baton Rouge naar Rotterdam bestemde tankstoomschip Rotterdam. kreeg op de Noordzee per radio orders om naar Amsterdam te stoomen. De reis werd der-waarts voortgezet.
|